Patella-instabiliteit
Patellaluxatie
Patella-instabiliteit
Onder normale omstandigheden rust de knieschijf (patella) precies in een groef (trochlea) aan het einde van het dijbeen (femur). Als de knie buigt en strekt, zou de knieschijf langs de groef op en neer moeten glijden. Deze functie wordt vaak geïllustreerd met de groef als trainrails en de knieschijf als trein. Knieschijf instabiliteit beschrijft de situatie waarin de trein, of knieschijf, “ontspoort”. Dit kan gebeuren tijdens een beweging als de knieschijf niet in de groef blijft en/of zonder beweging als de knieschijf niet goed in de groef rust.
Oorzaken
Knieschijf instabiliteit kan het resultaat zijn van specifiek letsel of kan zich langzaam in de loop van de tijd ontwikkelen bij dagelijkse activiteiten. Een gebeurtenis, zoals een directe klap op de knie of een snelle verandering van richting tijdens het hardlopen, kan de knieschijf helemaal uit de groef drukken (patella dislocatie). Dit wordt traumatisch letsel genoemd en doet zich even vaak voor bij mannen als bij vrouwen. Meestal komt de knieschijf uit zichzelf weer terug op de juiste plaats in de groef; soms komt de knieschijf niet op eigen kracht terug op z’n plek en is hulp van een medisch professional vereist. Na beide situaties zal de knie pijnlijk zijn en activiteit beperkt.
Knieschijf instabiliteit kan zich ook zonder specifiek letsel voordoen in het geval dat de knieschijf gedeeltelijk uit de groef raakt (subluxatie). Dit wordt atraumatisch letsel genoemd en het komt vooral bij vrouwen voor. In deze situatie rust de knieschijf bij dagelijkse activiteit niet goed in de groef of blijft er niet goed in zitten. Terwijl de knieschijf misschien niet helemaal uit de groef loopt, levert de instabiele knieschijf wel pijn op vooral als iemand op oneffen terrein loopt, of traploopt of zich omdraait in bed. Als deze activiteiten worden herhaald raakt de knie in toenemende mate geïrriteerd en pijnlijk.
Er zijn twee bekende afwijkingen die het luxeren van de knieschijf gemakkelijker maken: soms is het gootje waar een de knieschijf beweegt tijdens buigen strekken onvoldoende diep en soms staat de knieschijf hoger dan normaal. Als de knieschijf een keer geluxeerd is geweest, is de binnenste knieschijfband vaak opgerekt of gescheurd. Dit draagt ook bij aan de instabiliteit. Patella-dislocatie wordt vaak waargenomen bij jonge atleten tussen 15 en 20 jaar en treft vaak vrouwen omdat het bredere bekken laterale trek aan de patella veroorzaakt.
Symptomen
Wanneer de patella van zijn plaats glijdt veroorzaakt dit meestal pijn en functieverlies. Zelfs als de patella vanzelf weer op zijn plaats glijdt, moet hij nog steeds worden behandeld om pijnlijke symptomen te verlichten. Zorg ervoor dat u uw kind naar de dokter brengt voor een volledig onderzoek om eventuele schade aan het kniegewricht en de omliggende zachte weefsels vast te stellen.
Met knieschijf instabiliteit kunt u het volgende ervaren:
• kniepijn vooral bij traplopen, hurken, rennen of springen.
• de knieschijf uit de groef voelen schuiven of glijden
• angst voor instabiliteit voelen bij zware inspanning, waaronder lopen op oneffen terrein, landen na een sprong, traplopen of draaien in bed
• zwakte in uw been alsof u door uw knie zakt
Diagnose
Uw fysiotherapeut zal uw medische voorgeschiedenis bekijken en een grondig onderzoek doen van uw knie, terwijl ook andere lichaamsdelen worden onderzocht die kunnen hebben bijgedragen aan het geblesseerde gebied, meestal de heup en de voet. Het doel van het initiële onderzoek is om de mate van letsel te beoordelen en de oorzaak en de aan het letsel bijdragende factoren vast te stellen.
Behandeling
Conservatief
Na een eerste luxatie wordt het been 2 tot 6 weken in strekstand gehouden en wordt met krukken gemobiliseerd. Voor immobilisatie wordt meestal een speciale brace voorgeschreven of wordt een gipsspalk aangebracht. Na 6 weken is het kapsel verondersteld te zijn genezen. Na de rustperiode zal gestart worden met oefentherapie om herhaling te voorkomen. Als d e knieschijf uit de kom blijft schieten, spreekt met van een recidiverende patellaluxatie. In 20 tot 40% van de gevallen leidt een eerste (vaak traumatische) luxatie tot een recidief luxatie.
Operatieve behandeling
AIs er sprake is van een zich herhalende patella-luxatie binnen korte tijd, kan een operatie overwogen worden.